Thursday, March 10, 2005

Sinds korte tijd ben ik actief op marokko.nl.

Daar werd het stuk van Wertheim geplaatst. Ik schreef een reactie.

Eerst enkele passages uit Wertheim
2004-09-01 Anne-Ruth Wertheim Het racisme verandert van karakter
In het integratiedebat gaan stemmen op om het bestaan van racisme te ontkennen. Dat zou iets zijn uit het verleden en in onze moderne samenleving zou hooguit sprake zijn van culturele tegenstellingen. Er is inderdaad iets aan het veranderen, maar jammer genoeg is dat niet dat het racisme verdwijnt. Dat neemt juist steeds gevaarlijker vormen aan. De twee soorten racisme, uitbuitingsracisme en concurrentieracisme, worden zelden van elkaar onderscheiden. Toch verschillen de bijbehorende vooroordelen zo sterk dat ze bijna tegengesteld zijn. Het uitbuitingsracisme dat in Nederland heerste, is bezig te veranderen in concurrentieracisme. Daarmee verandert ook het racistisch geweld. Dat zal niet meer beperkt blijven tot incidenten maar een massaal karakter krijgen.
[…]
Twee soorten racisme
Het koloniale of uitbuitingsracisme kwam vooral voor op de plantages. Daar lieten Nederlanders Indonesische arbeiders het zware werk doen tegen een karig loon en onder vaak slechte arbeidsomstandigheden. Daarbij kwam het hun bijzonder goed uit dat er over deze koelies talloze vooroordelen de ronde deden die gekoppeld waren aan hun bruine huidskleur: ze zouden ‘dom, lui en kinderlijk’ zijn en ‘zorgeloos, levend bij de dag, goedgelovig en onderdanig’. […]
Heel anders was het concurrentieracisme ten aanzien van de Chinezen. […]. Ook over de Chinezen waren vooroordelen in omloop, gekoppeld aan hun uiterlijk of naam. Maar in plaats van ‘dom, lui en kinderlijk’ werden zij juist ‘slim’ genoemd, waarmee een onaangename combinatie van ‘slim en onbetrouwbaar’ bedoeld werd, dus eigenlijk ‘sluw’[…]
Het uitbuitingsracisme legitimeert het neerzien op een bepaalde groep mensen die ‘minder’ zou zijn, terwijl het concurrentieracisme afwijkende, angstaanjagende eigenschappen toeschrijft aan een groep die juist ‘meer’ zou zijn in de concurrentiestrijd.De vooroordelen ‘dom, lui en kinderlijk’ worden als overwegend erfelijk beschouwd. In het neerzien op de koelies zat daarom ook iets van ‘ze kunnen er niets aan doen dat ze zo zijn’. In het pakket vooroordelen dat hoort bij het concurrentieracisme zitten naast aangeboren eigenschappen als ‘slim’ nogal wat culturele elementen: gewoonten, […]
Nederlandse samenleving
[…] De eerste gastarbeiders uit Marokko en Turkije kwamen hier binnen in de jaren zestig. Zij zaten in pensions bij elkaar, meestal vlakbij de fabrieken waar ze, vaak in ploegendiensten, werkten. Ze manifesteerden zich weinig in het openbare leven. Over hen kwamen vooroordelen in omloop die je kunt rekenen tot het uitbuitingsracisme. […]
Begin jaren negentig was er al heel wat veranderd. De gastarbeiders waren gebleven en hadden gezinnen gevormd. Bij mijn onderzoek in de volwasseneneducatie trof ik naast vooroordelen uit het uitbuitingsracisme gevoelens aan die men moeilijk onder woorden kon brengen: afgunst en wantrouwen. […] Een duidelijk begrensde groep wordt gemakkelijker doelwit van vooroordelen. Van het lacherige en meewarige is weinig meer over[…]Het ‘neerzien op’ uit het uitbuitingsracisme verschuift in de richting van ‘minachting hebben voor’[…]
Het meest verontrustend vind ik tenslotte de verbreiding van het vooroordeel dat de immigranten ‘angstaanjagend’ zouden zijn. De verdenking dat zij op geheimzinnige wijze zouden streven naar ‘de totale macht’ is een gevaarlijke uiting van concurrentieracisme. Een zekere angst voor een getalsmatige overheersing die al langere tijd bestond, wordt nu aangewakkerd door te dreigen met ‘de islam’. […]
Drs. Anne-Ruth Wertheim is publiciste en schreef o.a. het boek ‘De gans eet het brood van eenden op, mijn kindertijd in een Jappenkamp op Java’, 1994.Artikel in het kwartaalblad Kunst & Wetenschap, jaargang 13, nummer 3, september 2004. (Een verkorte versie van dit artikel stond in NRC-Handelsblad, katern Opinie & Debat van 19 juni 2004)
Even kort het artikel van Wertheim vlgns. hiek (een eigenwijs de-luxe)
De term racisme is niet zo handig gekozen. Hoe logisch ook, als je referentie Nederlands-Indië is - de vooroordelen en het zich verheven voelen en de verantwoording hiervoor betroffen wel degelijk ras - nu hier in Nederland in de postholocaust periode lijkt het toch vooral verstandig om vooral iedere associatie met vernietigingskampen te vermijden. Dit omdat het, zoals al eerder opgemerkt, tot stemmingmakerij leidt, die vervolgens in een patstelling uitloopt. Het situatie verdient betere aandacht.De vooroordelen, de platheid van de witte Nederlander, ik ben het allemaal vaak genoeg tegengekomen. 'Luie zwarte' 'rot terug naar je eigen land' 'geile neger' '5de colonne' 'geitenneuker' 'tasjesdief' verzin de rest er zelf maar bij. Denk niet dat ik me niet bewust ben dit type gevoelens bij andere dan de caucasians (zoals ze het in Amerika aanduiden), maar dat is nu even niet aan de orde.Typerend voor onze ontwikkeling is dat de platte laatdunkende aanduiding bon ton geworden is. Bewust van hoe makkelijk de platte onderbuik naar een wat contraproductieve grondhouding kan leiden zag ik PF met lede ogen wat mij betreft misbruik maken van de politieke onvrede in Nederland en het momentum van 9/11. Hij wist het en wees de weg; de dader was boven tafel 'de Islam' en zijn kornuiten, de zichzelf blind verwennende sociaal-liberalen, achterlijk in hun cultuurrelativisme en hun links-kerkelijke politiek correcte mantra's. Zij moesten luid en duidelijk aan de kaak gesteld worden.Een nieuw politiek klimaat, helder, uitgesproken, polariserend. Nieuwe hoop voor sommigen, voor anderen een bedreiging. De media smulde, zich nog niet te bewust van een het gevaar van de oversimplificering. Angst, luiheid, grote bekken, grappenmakers, roekelozen, griezels, lafaards en moord, allemaal lijkt het deel uit te maken van wat er zich vervolgens af speelde.En daar zitten we dan, gevangen in een verkeerd 'wij' en 'zij'. Bent u bang voor mij, voor mijn geloof, of mijn gebrek aan geloof, mijn fanatisme, mijn hysterie, mijn domheid, mijn gebrek aan vertrouwen?Een ding lijkt duidelijk, we generaliseren. Nu kan generaliseren naar een groep handig zijn bij sociologisch onderzoek. Aan de borreltafel, is het beter te individualiseren, dit om iemand ten onrechte te devalueren of op te waarderen naar een vermeende eigenschap over de groep waartoe hij zou behoren. Hier ligt mijns inziens een oplossing voor ons aan de multiculturele borrel/theetafel.Maar daarmee zijn we er zeker nog lang niet. Ik kom vaak een soort teleurgesteld pessimisme over het zogenaamd multicultureel failliet tegen. Het bewijs hiervan zou in de oude wijken van de grote steden liggen. Allemaal helemaal mieters, maar, multiculturaliteit is een feit nu en in het verleden. Niet wil ik hiermee de feiten als norm maken, ik wil maar aangeven dat het gesprek mijns inziens nu ligt in de vraag assimileren of integreren. Ik ontken dat de teleurstelling over de multi-culti shit moet leiden tot de Franse assimilatie oplossing. De vraag wordt door mij beantwoord met integreren. Dat wil zeggen iedere burger dezelfde kansen op volledige deelname aan onze sociale maatschappelijkheid met behoud van culturele identiteit. Daar ligt het belang. De openbare ruimte mag en zal pluriform gevuld zijn. Daarin zie ik geen probleem. Als ons land zich tolerant en relaxed zich blijft openstellen voor andere culturen zal dit eerder problemen oplossen dan vergroten. Ik zou er wel voor willen pleiten dat we niet langs elkaar, maar met elkaar moeten leven. Op de sportvereniging bijvoorbeeld.Een criticus van onze multiculturaliteit heeft een stuk geschreven "Leve de monoculturele rechtsstaat". In zijn stijl haalt hij nogal wild uit naar de bouwers van onze multiculturele samenleving. Ik zal zeker niet zijn angst voor bijvoorbeeld dubbele paspoort en loyaliteit overnemen. In zijn pleidooi stelt hij echter ook dat een multiculturele samenleving om een neutrale rechtsstaat vraagt. Ik ben dat met hem eens. Ik gebruik hiervoor een voorbeeld. Stel je Gretta Duisenberg voor die, puur symbolisch, een ruit bij de Israëlische ambassade ingooit en dat zij zich moet verantwoorden voor een rechter met een keppeltje. Dit zal toch te veel vraagtekens plaatsen bij de onpartijdigheid van de rechtspraak.De situatie is benard en is er de laatste tijd niet beter op geworden. Groepen zijn tegenover elkaar komen te staan en het wantrouwen lijkt te groeien. Angst voor discriminatie ligt op de loer, en, hoe lastig discriminatie ook is aan te tonen, het lijkt reëel om aan te nemen dat discriminatie inderdaad toeneemt. Hoe het ook zij, uitbuiting en concurrentievervalsing verantwoorden op basis van een laatdunkend vooroordeel en ten behoeve van a good night sleep for the unjust bestaat, maar we moeten er wel zeker van af. Sommige feiten moeten geen norm worden.

Ik las het eens door en dacht “what the heck plaatsen die hap. Kijken wat ik vang.”

De volgende dag had ik beet: Rebel_1963 schreef n.a.v. mijn laatste alinea:

“Hoe kunnen we hiervan af, wat zouden wij, als maatschappij aan hieraan kunnen doen?”

Daar zat ik dan. Een beetje gemakzuchtig opende ik:

“Zoals de taxichauffeur opmerkt als hem verweten wordt dat hij een nogal vaag antwoord geeft op een lastige vraag "hee, what do you expect, i'm no Bertrand Russell" Get up stand up stand up for you're rights. Ik zal proberen er weer eens over na te denken. Is er niet weer een protestgeneratie nodig?”

Ze antwoordde:

“Wat mij betreft wel. Wat denk jij?”

Daar zat ik weer. Vastbesloten om me dit keer van mijn allerbeste kant te laten zien haalde ik alles uit de kast:

“Hangt ervan af welke. Doelen definiëren: Gelijkheid, tolerantie, antioverconsumptie, kritische bescherming verzorgingsstaat. Straatcultuur beter leren begrijpen. Realistisch, uit de buurt van gangsta VS kopie en valse heroïek blijven. Droog als een door een onbarmhartige zon verzengd houten havenkantoortje op een kale havendam. With a heart. Welke doelen zie jij?P.S. 'We' moeten onze somberheid verlaten. Economic boost, en we lopen zo weer de polonaise. Simpel eigenlijk. Nu de invulling. We sluiten af met een gebed:

'O, ALLAH! de zielloze aarde zendt Gij na een tijd van droogte en verschroeiing toch eindelijk lafenis: Uw bevruchtende regen.Maar o, Allah, wanneer zult Gij mij rijkdom zenden, mij die van armoede en ontbering ben verschrompeld!O, Allah! als Gij U eindelijk ontfermt, zend mij dan ook een Uwer liefelijkste dochteren om de genade die Gij gaaft met mij te delen. Samen zullen wij Uw naam loven, iedere morgen voor de maaltijd, iedere avond voor de omhelzing, Allah: hoe kan ik mij anders Uw verknochte dienaar tonen?Ging ik nu ter pelgrimtocht, ik verliet slechts een ellendig bestaan. Waar was de deugd? Zend mij rijkdom, en Gij zult zien dat ik mij opmaak en de lendenen omgord.Zend mij Uw engel; ik zal mij losmaken uit haar heerlijke omhelzing, haar koele armen om de felle hitte van de verre woestijnen, zo schaars door U van oasen voorzien, het hoofd en de voetzool bieden, en aldus onweerlegbaar U te bewijzen dat ik de wereldse weelden verzaak, dorstend naar het kussen van Uw Heilige Steen.'

Vanaf dan is het even stil. De vraag Rebel_1963 blijft staan:

“Hoe kunnen we hiervan af, wat zouden wij, als maatschappij aan hieraan kunnen doen?”

Naschrift:

Rebel_1963:

"Amien"

1 comment:

Japiooh said...

Droog als een door een onbarmhartige zon verzengd houten havenkantoortje

prachtige zin !!!

rest = lekker lezen, goed consumeerbaar !!!